Hoe zien de rechtspraak en de rol van de juridisch dienstverlener er uit in 2029? Het systeem van vooringevulde vonnissen (VIV’s) zet de burger op 1-0 achterstand. De computer maakt de menselijke rechter geenszins overbodig. Teleurgestelde rechtzoekenden zoeken hun heil bij de menselijke overheidsrechter en betalen graag de kostprijs van het multimediale spektakel van de zitting. De juridische dienstverlener moet aantonen dat het redeneersysteem ernaast zit en met verhalen van vlees en bloed de menselijke maat terugbrengen in de rechtspraak.
Achteraf gezien zijn voorspellingen zelden verrassend. Dus als u over vijftien jaar dit weblog tegenkomt, zegt u – zo voorspel ik – nogal wiedus. Tenzij er een Zwarte Zwaan opduikt.
De Schotse onderzoeker Richard Susskind voorspelde jaren geleden al het einde van de advocatuur. Door de teruglopende omzetten zijn advocaten en aanbieders van notariële diensten de laatste tijd gaan innoveren langs de lijnen van diens voorspellingen. Met als gevolg dat sommigen de poten onder hun stoel uit zagen en Susskind’s voorspelling vervullen.
Toen het ministerie van Justitie in 1999 twee eeuwen bestond, liet het een serie toekomstverkenningen uitbrengen onder de titel Privaatrecht in de 21e eeuw. De meeste juristen waren even visionair als Piet Paulusma die vertelt dat we vandaag te maken hadden met buien. Het verst vooruit keken de auteurs van het deel over rechtsinformatica.
‘De rechtsprekende computer zal grasduinen op het internet en relevante kennis over normen, waarden en menselijke opvattingen ophalen en gebruiken in zijn redeneerproces. Over 80 jaar zal de rechtsprekende computer net als de menselijke rechter inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen en rechtvaardige uitspraken kunnen doen,’ schreef informaticus Jaap van den Herik.
Hij vervolgde: ‘Er zijn nog heel wat obstakels te overwinnen voor het zo ver is. Zo heerst bij veel rechters nog een gevoel dat het recht iets is voor mensen door mensen. Maar mensen raken steeds meer vertrouwd met het beeldscherm en ik verwacht dan ook dat de weerstand tegen computerrechtspraak zal afnemen.’
Het grasduinen op het internet en relevante kennis ophalen en gebruiken is wat we nu big data noemen. Het wordt nog niet gebruikt in rechterlijke redeneerprocessen, maar wel bij het vaststellen van de aanslag inkomstenbelasting. De vooringevulde aangifte (VIA) is een voorbode van de rechtspraak in 2029.
Het ROS (rechtspraak ondersteunende systeem) zal de bulk van de vonnissen uitspuwen. U hoeft dan alleen nog even uw ‘vooringevulde vonnis’ (VIV) te controleren. De rechterlijke productie stijgt aanzienlijk, maar de behoefte aan rechters neemt niet af.
Kijk naar de Belastingdienst. Die moet deze jaren flink bezuinigen op personeel, maar staat nu al jaren op nummer 1 in de top 15 van instanties waarover burgers het meest klagen bij de Nationale ombudsman. Eén van de grootste problemen is dat de inspecteur geen mens meer is, maar een instituut waarmee je nauwelijks contact kunt krijgen. Bij de Belastingtelefoon krijg je weliswaar een persoon aan de lijn. Maar volgens de Consumentenbond deugt de helft van de antwoorden niet. Jouw verhaal kun je er in ieder geval niet kwijt.
Ik kan mij niet voorstellen dat mensen zich ooit neerleggen bij de vonnissen van de computer. Ik vermoed dat, naarmate de productie van VIV’s toeneemt, meer mensen hun verhaal willen doen bij een menselijke rechter. Computers maken de rechter dus geenszins overbodig en de werklast van rechters daalt daarom niet.
Het rechtspraaksysteem zet de burger op 1-0 achterstand. Wie niet piept, krijgt ongelijk en bevestigt het statistisch gelijk van het ROS. Ook daarom is het zaak dat burgers zich blijven verheffen tegen de rechterlijke beslissingsmachine.
Dat de systemen vrijwel alle overtredingen langs bestuursstrafrechtelijke weg zullen afdoen, is niet moeilijk te voorspellen. Het bestuursstrafrecht is de cash cow van Justitie. (Dat populistische Veiligheid is tegen die tijd weer uit de naam van het ministerie verdwenen)
Het commune strafrecht ontsnapt grotendeels aan de digitale afdoening en blijft het sexy, min of meer persoonlijke, analoge uithangbord van de rechtspraak. Het wijd vertakte systeem van ‘oriëntatiepunten’ voor de straftoemeting laat de rechter echter weinig ruimte voor maatwerk. Pas toe of leg uit. Hier staat de rechter met 1-0 achter.
De toeloop op de menselijke overheidsrechter komt ook van burgers die teleurgesteld zijn in de private rechtspraak, die het grootste deel van de civiele geschillen voor zijn rekening neemt. Commerciële rechtspraaksystemen beslechten incassozaken, bouw- en aannemingskwesties en ontslagzaken. Burgers die ongelijk krijgen, willen alsnog hun day in court. Voor het multimediale spektakel van de zitting – a once in a liftetime experience – zal de rechtzoekende dan graag de kostprijs betalen. Wie het niet kan betalen, kan met een paar gesproken commando’s een toevoeging krijgen van ‘XS’. Als dit systeem voor de gefinancierde rechtshulp tenminste ‘toegewezen’ zegt na het opvragen van de data bij de Belasting- of sociale dienst en na het afgrazen van het internet.
De rol van de juridische dienstverlener krijgt een andere inhoud. Aan de ene kant moet hij juridisch van goeden huize komen om aan te tonen dat het redeneersysteem ernaast zit. Anderzijds moet hij met verhalen van vlees en bloed de menselijke maat terug brengen in de rechtspraak.
In het notariaat rukken de vooringevulde testamenten (VIT’s) op. Zie bijvoorbeeld HEMA en Doe Het Zelf Notaris. Het verschil met het VIV is dat de klant het VIT zelf deels invult. Maar de overeenkomst is dat de klant daar ook botst op de beperkingen van de goedkope standaardoplossing. Een DHZN-notaris zei onlangs dat de notaris juist zijn meerwaarde kan laten zien als een standaardoplossing niet van toepassing is en de cliënt zich goed heeft voorbereid.
Juristen knokken in 2029 voortdurend tegen de standaard.
Dit blog verscheen ook bij mr-online