Notarissen mogen niet samenwerken met accountants en andere niet-juristen. Dat vinden ze helemaal niet erg. Voorlichtingsavonden met een doodgraver: okee. Maar :‘Wij willen onze huid niet verkopen aan een andere bloedgroep.’
Tegen het einde van de twintigste eeuw was de one stop shop de grote belofte voor de zakelijke klant. De belofte kwam niet uit. Na de eeuwwende ging de one stop shop met Enron en Andersen ten onder. Grote ondernemingen willen geen accountantsverklaring waaromheen een lucht hangt van een gedienstig adviseur. De big four stootten hun juridische afdelingen af of krompen die fors in.
Onlangs hebben enkele grote accountantskantoren echter weer nieuwe legal departments opgetuigd. BDO Legal legt zich toe op arbeidsrecht en heeft geen notarissen ingelijfd. Deloitte Legal haalde onder anderen advocaat Frans Stibbe van DLA Piper en notaris Michiel Lampe van Van Heeswijk notarissen binnen. PwC Legal recruteerde de kandidaat-notarissen Susanne Reniers, Charlotte Zandvoort en Ronald Lantman (laatstgenoemde werkte bij Van Doorne).
De overstappers hebben zich laten uitschrijven bij de KNB en de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA). Voor notarissen en advocaten is geïntegreerde samenwerking met accountants immers verboden. Het Europese Hof van Justitie gaf in 2002 zijn zegen aan dat samenwerkingsverbod van de NOvA.
Voorbehoedmiddel
De advocatenorde is bezig de beroepsregels uit te dunnen en te stroomlijnen. Het is niet de bedoeling inhoudelijk iets te veranderen, behalve dan dat advocaten tegenwoordig niet alleen mogen samenwerken NOB-belastingadviseurs, maar ook met academisch gevormde fiscalisten van het RB.
De Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants blijft vasthouden aan de regel dat de zeggenschap van accountants in een geïntegreerd samenwerkingsverband minstens 50% plus één stem moet zijn. Voor notarissen met promiscue neigingen is dat een extra voorbehoedmiddel. Extra, want de notarissen hebben hun Verordening interdiscplinaire samenwerking 2003, die binnenkort wordt geëvalueerd.
Hoe denken notarissen er ruim tien jaar na invoering over? Zijn de voorwaarden voor samenwerking met de toegestane disciplines niet te knellend en nog bij de tijd? Moet geïntegreerde samenwerking met accountants, hypotheekadviseurs, makelaars of begrafenisondernemers ook mogelijk zijn? Moet er meer ruimte komen om zonder interdiscplinair samenwerkingsverband onder één naam naar buiten te treden?
Versoepeling
Voor oud-advocaat Frans Stibbe zijn de regels aan herziening toe. Als corporate litigator procedeerde hij vaak bij de Ondernemingskamer. Dat kan hij nu niet meer. Zo mag zijn nieuwe collega Michiel Lampe (zelf onbereikbaar wegens vakantie) geen akten meer passeren. Bij een herstructurering moet de laatste stap dus worden gezet bij een notariskantoor. Frans Stibbe: ‘Dat is niet efficiënt. Voor de client is het plezierig om alles onder een dak te hebben.’ Volgens Stibbe zou de NBA moeten tornen aan de zeggenschapsregel. Stibbe is kortom vóór versoepeling, ‘zo lang er maar Chinese Walls zijn en de beroepsregels kunnen worden gerespecteerd’. Of de voormalige kandidaat-notarissen bij PwC Legal er net zo over denken, blijft gissen. Zij hebben ‘nu geen behoefte om hierop te reageren’.
Accountant-administratieconsulent en RB-belastingadviseur Joop Barelds vindt de motivering achter het samenwerkingsverbod met accountants gezocht. ‘Een accountant werkt niet in het algemeen belang, maar in opdracht van zijn klant en heeft, net als de notaris, pas in tweede instantie een verantwoordelijkheid voor anderen.’ Dat wil niet zeggen dat Barelds er behoefte aan heeft de banden met andere disciplines strakker aan te halen. Hij werkt onder meer samen met advocaten, mediators en de Bredase notaris Hélène van den Boom in het virtuele kantoor Samen Scheiden. Dat levert hem maar weinig opdrachten op.
Eigen etage
De belastingadviseurs van accountantskantoor EY hebben sinds 2000 een ‘strategische alliantie’ met de advocaten en notarissen van Holland Van Gijzen – tegenwoordig HVG.
De notarissen hebben een eigen etage in het gebouw waar ook advocaten, fiscalisten en accountants zitten. De receptie delen ze samen, net als een deel van de IT en HRM, vertelt Jan Willem Stouthart. ‘We werken niet samen met accountants. Samen met de advocaten en fiscalisten komen we soms met een gemeenschappelijke propositie. De cliënten van de fiscalisten en advocaten vragen of wij een offerte willen uitbrengen, maar het is geen gedwongen winkelnering. Wij hebben een zelfstandige praktijk. In de loop der jaren hebben wij wel steeds meer omzet viaEY gekregen. De klanten van EY blijven namelijk vaak terugkomen en daar komen dan ook weer nieuwe EY-klanten bij, die dan onze eigen clienten worden. Samen in één huis is efficiënt voor ons en de client. Het werkt prima zo, wij hebben geen behoefte aan versoepeling van de IDS-verordening.’
Zakelijke onafhankelijkheid
Freek Wesseling en Pieter Schut van Kienhuis Hoving hebben daar ook geen behoefte aan. De notarissen van dit kantoor werken sinds zestien jaar samen met advocaten en dat levert ‘een prima kruisbestuiving’ op. Wesseling: ‘Wij hebben een paar jaar geleden onderzocht of wij ook zouden moeten samengaan met fiscalisten. We hebben daar om diverse redenen van afgezien, onder meer vanwege een commercieel belang, waarbij ook het rendement van notarissen respectievelijk belastingadviseurs een rol heeft gespeeld.’
De samenwerking met advocaten heeft volgens Schut en Wesseling nooit tot fricties geleid. Dat komt mede omdat de notarissen dankzij hun eigen praktijk stevig in de schoenen staan, wat ook een uitgangspunt is van de huidige IDS-regels.
Als auditor komt Schut geen problemen tegen met interdisciplinaire samenwerking. Schut: ‘Over het algemeen houden notarissen zich keurig aan de regels.’
Wesseling en Schut zijn blij met de IDS-verordening, omdat die hun een steun in de rug geeft als zij hun onpartijdigheid moeten verdedigen. Wat hen betreft hoeft de verordening niet te worden versoepeld om geïntegreerde samenwerking met accountants mogelijk te maken. Wesseling: ‘De cultuurverschillen tussen accountants en hypotheekadviseurs enerzijds en notarissen anderzijds zijn te groot om een samenwerking aan te gaan. En het gevaar bestaat dat je jouw zakelijke onafhankelijkheid verliest.’
Geïntegreerde teams
Qua clientèle schurken de ondernemingsrecht-praktijken van Zuidas-kantoren het meest tegen de accountancy aan. Maar Mark Rebergen van De Brauw Blackstone Westbroek – waar vijfendertig kandidaten en negen notarissen samenwerken met 349 advocaten en negen fiscalisten – voelt geen enkele drang om accountants aan boord te halen. ‘Onze cliënten hebben zelf een huisaccountant, een controller en eigen financiële mensen. Bij herstructureringen zitten notarissen meteen al met advocaten en fiscalisten aan de onderhandelingstafel en brengen daar hun vennootschapsrechtelijke expertise in. Ik zie geen reden om accountants aan het team toe te voegen.’
Notaris service
Wanneer je samenwerking met andere beroepsgroepen ruim uitlegt, kun je er ook de zakelijke banden met banken, warenhuizen, hypotheekadviseurs en uitvaartondernemers onder vatten.
Dat ING haar klanten desgewenst laat profiteren van de NotarisService van ENL Notarissen is volgens de tuchtrechter toegestaan. ‘Er is geen gedwongen winkelnering en ING bemoeit zich niet met ons werk,’ zegt notaris Rob van den Eijnden. Hij zou overigens met geen enkele andere beroepsgroep geïntegreerd willen samenwerken. ‘Wij willen onze huid van onafhankelijkheid en onpartijdigheid niet verkopen aan een andere bloedgroep bij wie wij in de minderheid zijn.’
Hoe de tuchtrechter oordeelt over het HEMA-notariaat is nog afwachten. Ondertussen zijn ook De Hypotheker en uitvaartverzekeraar/verzorger DELA een notaris service begonnen.
De JaZeker Notarisservice wordt uitgevoerd door de Nationale-Notaris, waar medewerkers van de centrale back office in Utrecht de akten voorbereiden, die de aangesloten notarissen passeren. De Nationale Notaris in Eindhoven is Heleen Vaarten van Weebers Vaarten Notaris: ‘De samenwerking is vrij nieuw, daarom heb ik heb nog geen aktes via JaZeker gepasseerd. In deze samenwerking kiest de cliënt de notaris zelf en er worden over en weer geen provisies betaald. Mijn onafhankelijkheid en integriteit komen dus op geen enkele manier in het gedrang. Het voordeel zit ’m in de efficiëntieslag die wordt gemaakt in het aanleveren en uitwerken van stukken via de back office van Nationale Notaris. Ik controleer de stukken en heb steeds inzage in het dossier. Dat is niet veel anders dan wanneer mijn eigen medewerkers akten voorbereiden.’
Uitvaart
Een notaris in het midden des lands houdt samen met een begrafenisondernemer voorlichtingsavonden. Als de doodgraver dat alleen zou doen, kwam er niemand op af. De winst voor de notaris zijn onder meer doorverwijzingen voor verklaringen van erfrecht. Vanwege de uitstraling van de uitvaartondernemer vindt de notaris het echter commercieel niet aantrekkelijk om samen onder één dak te zitten.
De notarisservice van uitvaartverzekeraar/verzorger DELA werkt anders dan andere notarisservices. Na zijn ontslag bij een notariskantoor stapte een kandidaat-notaris over naar DELA. Daar voert hij uitgebreide gesprekken met DELA-klanten. Als deze kiezen voor de DELA-notarisservice komen zij bij een aangesloten notaris, die aan de hand van de gespreksverslagen de akte opstelt. ‘Het is geen invuloefening, maar maatwerk,’ zegt Dirk Houtepen (Houtepen), die van de afgesproken tarieven niets hoeft af te dragen aan DELA. ‘Ik zie geen tuchtrechtelijke risico’s. Het is niet anders dan wanneer een makelaar de koopovereenkomst opstelt, hoewel de KNB liever ziet dat de notaris dat doet.’ Houtepen voelt zich niet beperkt door de beroepsregels en heeft geen behoefte aan geïntegreerde samenwerking met andere beroepsgroepen.
DELA notaris Michaël Lentze (Ellens Lentze) heeft die behoefte evenmin. ‘Daarvoor ben ik te eigengereid. Ik wil mijn eigen winkel. Eén keer heb ik gedacht: het is wel handig om ook hypotheekadviseur te zijn. Maar notaris is een apart vak, een ambt. In een interdisciplinaire samenwerking delft de notaris uiteindelijk het onderspit. Een advocaat is vaak veel feller, terwijl de notaris doorgaans wat bedeesder is. Zij hebben hetzelfde bloed, maar een andere resusfactor.’
In de opkomst van juridische afdelingen bij accountantskantoren ziet Lentze geen reden de verordening te versoepelen. ‘Ik vind het heel goed om die juist strak te houden. Af en toe bots ik met een accountant van een big-sixkantoor, omdat die zelf de stukken wil opstellen. Dan zeg ik: goed, dan doe ik de jaarrekening. Als je de samenwerking met andere beroepsgroepen intensiveert, sneeuwt je ambt onder.’
Dit artikel verscheen in Notariaat Magazine september 2014