Of advocaten tijdens de jurisprudentielunch ook de tuchtrechtspraak doorspitten, weet ik eigenlijk niet. In het Advocatenblad is er in ieder geval wel aandacht voor het tuchtrecht. Mede dankzij de plezierige samenvattingen van Trudeke Sillevis Smitt.
Wat ik ook weet, is dat er geen andere beroepsgroep is die zo veel aandacht besteedt aan tuchtrecht als de accountants. De NBA laat al enige jaren alle uitspraken met enige nieuwswaardigheid samenvatten op accountant.nl. vanuit de veronderstelling dat alle accountants er iets van leren.
Om die reden heeft de NBA ook geïnvesteerd in het boek Uitglijders, lessen uit accountantstuchtrecht. De eerste tweeduizend exemplaren van dit gratis boek waren binnen een week weg. Als ik dit schrijf denkt de beroepsorganisatie over een tweede druk.
Als auteur van het boek valt mij vooral op hoe accountants tegen de tuchtrechtspraak aan kijken. De accountantstuchtrechter heeft de laatste tijd een paar forse tikken uitgedeeld aan accountants die het hun opdrachtgever te veel naar de zin maakten en de belangen van derden – ‘het maatschappelijk verkeer’ – te weinig in het oog hielden.
Zo wekten de veroordelingen van de controlerend accountants van Vestia nogal wat beroering. De NBA-voorzitter vond dat de uitspraken een ‘eenzijdig beeld’ gaven, omdat niet alleen de accountants fout waren. Andere accountants vinden dat tuchtrechtspraak de reputatie van het beroep niet ten goede komt. Bij de presentatie van het boek bleken ongeveer honderdtachtig van de tweehonderd accountants juist te vinden dat tuchtrechtspraak de reputatie van het beroep wèl ten goede komt.
Accountants zijn geen juridische dienstverleners, hoewel zij soms juridisch advies geven. Hun beroep is meer gejuridiseerd dan dat van juridische dienstverleners. Maar er worden zowel absoluut als relatief aanzienlijk minder klachten tegen accountants ingediend dan tegen advocaten of notarissen.
Daarom zou je eigenlijk verwachten dat tuchtrecht meer zou leven in de advocatuur en het notariaat dan in de accountancy. Uiteraard alleen met het oog op de ‘leering’ en niet vanwege het ‘vermaeck’.