Begin 2010 interviewde ik de onlangs overleden Arthur Docters van Leeuwen samen met Jos Streppel, omdat zij toezichthouder waren bij een fraudeonderzoeks- en adviesbureau IRS, dat twee jaar later tot hun verbazing failliet zou gaan. Het gesprek begint over het parlementair onderzoek financieel stelsel. Off the record vertelde DvL dat hij hard liep op het strand. ‘Niet zo snel als anderen, maar ik houd het wel langer vol.’ In dit gesprek denderde hij ook door, mijn vragen negerend. Hierbij een verkorte versie.
‘Ik heb mij eraan geërgerd dat in de week van de openbare verhoren door de Commissie-De Wit mijnheer Scheringa breeduit zat bij de geldinzameling voor Haïti terwijl de president van De Nederlandsche Bank in het beklaagdenbankje zat,’ zegt Arthur Docters van Leeuwen. Zelf werd hij ook gehoord door de Commissie Onderzoek Financieel Stelsel. Tegenover commissielid Graus legde Docters van Leeuwen onder meer de vinger op de frivoliteit van accountants die de stralende balansen van financiële instellingen goedkeurden.
Tegenover de Accountant steekt de oud-voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) de hand deels in eigen boezem: ‘Wij hebben als toezichthouders veel te veel leverage toegelaten. Dat individuele ondernemingen daarvan gebruik hebben gemaakt kun je ze moeilijk kwalijk nemen.’
Geloof in feiten
Docters van Leeuwen heeft zich laten strikken voor het presidentschap van de Raad van Advies van IRS omdat hij integriteit een belangrijk onderwerp vindt. ‘Er wordt veel ketelmuziek gemaakt bij het onderwerp en als er heel veel herrie is, volgen er soms overtrokken maatregelen. Maar er bestaat weinig structurele belangstelling voor. Ik ben jarenlang betrokken geweest bij het Financieel Expertise Centrum. Daarin werken de Autoriteit Financiële Markten, De Nederlandsche Bank, de Belastingdienst, opsporingsdiensten en het Openbaar Ministerie met elkaar samen. Maar als een project is afgerond, valt de boel weer uit elkaar. Onder meer vanwege de grote salarisverschillen. Bij IRS werken de verschillende disciplines structureel samen en wordt bij onderzoeken veel gebruikgemaakt van IT.’
Tachtig procent van het werk van IRS bestaat uit fraude-onderzoeken. Docters van Leeuwen: ‘Ik heb vele jaren leiding gegeven aan onderzoeken. Ik ben een groot gelovige in feiten. Als je iets wilt, moet je altijd beginnen bij de feiten.’
Geheel vrijwillig
Bij Aegon heeft Jos Streppel zelf een multidisciplinair team samengesteld toen Aegon-directeur Paul Vacher ervan werd verdacht voor 18 miljoen euro te hebben gefraudeerd. ‘Ik weet uit ervaring dat het op zijn minst tijdwinst oplevert als je dat zelf organiseert.’
Docters van Leeuwen: ‘En je hebt meer kans van slagen. Zo ligt de kans op een veroordeling bij de vastgoedfraude helemaal nog niet zo gemakkelijk.’
‘Wanneer er opzettelijk strafbare feiten worden gepleegd, moet je de zaak met een panklaar dossier in handen geven van het Openbaar Ministerie,’ vindt Streppel.
Docters van Leeuwen: ‘Dat deden wij bij de AFM ook altijd.’
In zulke gevallen moet de bewijsvoering voldoen aan de normen van het strafprocesrecht. Er kunnen zich situaties voordoen dat fraude moeilijk te bewijzen is en de zaak binnenskamers wordt afgedaan.
Docters van Leeuwen: ‘Soms is de eis dat het rechterproof moet zijn een excuus om niets te doen.’ Hij voelt er in zulke gevallen meer voor de onderzochte in een gesprek te confronteren met de ‘onverklaarbaarheden’ en hem vervolgens ‘geheel vrijwillig’ te laten vertrekken.
Zorgplicht
IRS adviseert over risico- en integriteitsmanagement en geeft daarvoor onder meer integriteitstrainingen. Hebben die trainingen wel zin? Is integriteit niet eigenlijk hetzelfde als “Ik zal jullie niet belazeren” en “Eerlijk duurt het langst”?
Docters van Leeuwen: ‘Integriteit betekent dat je niet kunt toestaan dat mensen activiteiten ontplooien die niet stroken met het hoofddoel van de organisatie zoals dat gepercipieerd wordt door de leiding. Achteraf is altijd alles simpel. Maar ethische dilemma’s presenteren zichzelf nooit met het etiketje: ethisch dilemma. Je moet mensen trainen om dramatische situaties te herkennen. En als dat goed gebeurt, heeft dat wel degelijk effect. Het voorkomt dat mensen met een flexibel normbesef vanuit het grijze gebied de verkeerde kant opgaan.’
Streppel en Docters van Leeuwen wijzen erop dat de normen in de loop der tijd zijn aangescherpt. ‘Toen ik in de jaren 70 begon met werken mocht je nog met voorkennis handelen,’ zegt Streppel.
Docters van Leeuwen: ‘Over die goeie ouwe tijd heb ik hele mooie verhalen gehoord. Toen ik tien jaar geleden beurstoezichthouder werd, was insider trading alleen nog verboden voor leden van de beurs. Sindsdien is ook het gedrag tegenover de consument veranderd. Het begrip zorgplicht is door de AFM geïntroduceerd.’
Streppel: ‘Maar als je daarmee doorschiet, zeg je dat de klant niet hoeft na te denken.’
Docters van Leeuwen: ‘Het moet geen pamperen worden. Maar je moet mensen die ingewikkelde producten kopen helpen om te begrijpen wat het is.’
Dit interview verscheen in april 2010 in de Accountant; de foto is een derderangs kopie van de eersteklasfoto die Simone van Es maakte