Maximaal 178 duizend euro mogen instellingen in de (semi)publieke sector hun topbestuurders betalen. Kun je dan wel kwaliteit krijgen en houden? Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over inkomens en kwaliteit in de publieke sector, over Ferrari’s en de waarde van staatsbanketten in het nieuwe kwartaalblad Accountant.
Het was een prominente VVD’er die in 2007 pleitte voor gepast ‘normeren en waarderen’ van bestuurders in de (semi)publieke sector. Zeven jaar na het advies van de Commissie-Dijkstal werd het maximale inkomen in die sector gesteld op 130% van het ministerssalaris, ofwel: 230 duizend euro. Sinds 1 januari jongstleden zijn de maxima verlaagd tot 178 duizend euro (100% van het ministerssalaris). Voor commissarissen en toezichthouders zijn de maxima weliswaar verdubbeld, maar in bepaalde sectoren liggen de maxima lager. Daarom maken instellingen zich zorgen dat zij geen goede bestuurders en toezichthouders meer kunnen aantrekken. Want daarmee zou het publiek belang niet gediend zijn. En dan moet de derde wetgevingsronde nog komen.
Toppers
Instellingen vrezen dat ze voor de genoemde bedragen geen kwaliteit kunnen krijgen. Is dat onderzocht?
‘Er komt in december 2015 een volledige evaluatie van de WNT, waarin ook arbeidsmarkteffecten worden meegenomen. Ik kan daar nu een paar dingen over zeggen. De wet kent een uitzonderingsbepaling, waarbij het kabinet voor bepaalde functies kan besluiten een persoon aan te stellen met een salaris boven de gestelde norm. Daar is de afgelopen twee jaar nul keer aanspraak op gemaakt. Kennelijk heeft men die noodzaak toch niet gevoeld. In de tweede plaats kan ik – zonder namen te noemen – veel functies aanwijzen waar absolute toppers zijn aangesteld – mensen die in inkomen achteruit gingen, elders zeker meer hadden kunnen verdienen, maar toch gewoon gezegd hebben: “Ik vind dit zo’n interessante en belangrijke functie, ik doe het daarvoor”. In de derde plaats zie je dat de mensen die geschikt zijn voor functies in de publieke en semipublieke sector veelal afkomstig zijn uit die sector. Voor hen is de WNT-norm niet vervelend. Zij zouden anders toch niet de directeur van bijvoorbeeld Heineken geworden zijn.’
En bestuurder van De Nederlandsche Bank of de Autoriteit Financiële Markten?
‘Er zijn een paar sectoren waar inderdaad een arbeidsmarkteffect zou kunnen optreden en daarom bestaat die uitzonderingsbepaling. Maar over de hele breedte heb ik geen reden om pessimistisch te zijn over de arbeidsmarkteffecten.’
Is de bedoeling van de normering dat we de belastingbetaler niet te veel op kosten jagen?
‘Het gaat niet alleen om de kosten, maar ook om een voorbeeld te stellen. Marco Borsato weet stadions vol te krijgen en verkoopt dikke stapels cd’s. Maar hij loopt wel het risico dat over vijf jaar niemand meer van zijn muziek houdt. Topbestuurders in de (semi)publieke sector ondernemen wel, maar lopen geen ondernemersrisico. In feite ondernemen ze met publiek geld en dan is zo’n norm passend. Een directeur van een niet nader te noemen hbo-instelling maakte zich er onlangs in een column boos over dat het maximum werd verlaagd. Hij was eerder directeur bij een departement en verdiende daar dus zo’n 118 duizend euro. Als directeur van een hbo-instelling ging hij ineens naar 250 duizend. Je mag best een een beetje promotie maken, maar zo veel is eigenlijk niet nodig. Gezien het carrièreverloop is 178 duizend euro lang niet gek.’
Ferrari
De naleving van de norm en de publicatieverplichtingen is nog niet honder procent. Wat zal er naar uw idee moeten gebeuren om die te verbeteren?
‘De nieuwe norm van 178 duizend euro komt in de buurt van wat mensen in hogere functies in de publieke en semipublieke sector verdienen. Salarissen van vier ton zijn er niet zoveel in Nederland. De instellingen hebben nog wel veel behoefte aan steun en toelichting bij de toepassing van de norm, maar daar is het ministerie voor.’
De maxima zijn afgeleid van het ministerssalaris, maar verdient een minister wel genoeg?
‘In het regeerakkoord heeft een kamermeerderheid beklonken dat ministerssalarissen niet omhoog gaan. Ministers komen vaak uit een andere functie waar zij meer verdienden. Dat is nu eenmaal niet anders.’
Je zou ook kunnen zeggen dat een minister te veel verdient, omdat u – als alle emolumenten en secundaire arbeidsvoorwaarden bij elkaar worden opgeteld – uitkomt op 219.077 euro – 25 % boven de nieuwe norm…
‘Bij de toepassing van de norm moet je heel precies kijken wat er wel en niet onder wordt gerekend. En dat is waar met name de accountants ook een grote rol spelen. Wanneer iemand van zijn werkgever een iPhone krijgt om zijn werk te doen, moet de accountant kijken of dit wel of niet onder de Werkkostenregeling valt. Als een bestuurder een Ferrari krijgt voor zijn werk, valt dat niet onder de werkkosten. Aantredende bewindspersonen wordt in het zogenoemde blauwe boek geïnstrueerd al het verkeer te doen met de dienstauto, ook het privé-verkeer. Mede in verband met de veiligheid. De wetgever heeft bepaald dat het om die reden niet billijk zou zijn om dan dat deel mee te nemen bij het vaststellen van wat tot het ministerssalaris wordt gerekend. En dat geldt ook voor de pied-á-terre. Er zitten ook nog immateriële componenten in het ministerssalaris. Wat is de aanwezigheid bij een staatsbanket waard? Ik weet het niet. Ik denk dat een hoop mensen bereid zouden zijn om daar een paar honderd euro voor neer te tellen, terwijl de minister er gewoon vanuit zijn functie naartoe gaat. In die zin is het altijd heel moeilijk om alle emolumenten in geld uit te drukken. De WNT-norm is dan ook een afgeleide van het ministerssalaris, geen kopie.’
Matigen
Een partner van een accountantskantoor verdient gemiddeld twee á drie keer de norm, deels met een publieke taak. Voelt u ergens een neiging om die inkomens te normeren als u zou kunnen?
‘In de WNT staat een limitatieve opsomming van de sectoren die onder de wet vallen en daar staat de accountancy niet bij. Er zijn geluiden dat sommigen in het parlement de reikwijdte opnieuw willen agenderen. Maar ik ben tot dusver niet van plan de discussie te heropenen.’
Wanneer u als gewone krantenlezer of als voormalig accountancywoordvoerder van de Partij van de Arbeid kijkt naar de hoogte van die partnersalarissen denkt u dan niet: dat mag best wat minder?
‘Je praat als minister altijd als minister en in die hoedanigheid past mij geen oordeel over de accountantssalarissen. In zijn algemeenheid ben ik een voorstander van het matigen van zeer hoge inkomens. Het moet allemaal wel uit te leggen blijven. Dat zeg ik dan toch maar even met mijn sociaal-democratische pet op.’
NORMERING TOPINKOMENS
Topbestuurders in de (semi)publieke sector mogen sinds 1 januari 2015 maximaal 178 duizend euro verdienen. Voor 2013 en 2014 lag het maximum volgens de Wet Normering Topinkomens (WNT) nog op 230 duizend euro. Voor zorginstellingen, zorgverzekeraars, woningbouwcorporaties, onderwijsinstellingen en organisaties op het terrein van ontwikkelingsamenwerking gelden sectorale normen. Voor leden en voorzitters van de raad van commissarissen c.q toezicht zijn de maxima per 2015 daarentegen verdubbeld naar 15% respectievelijk 10%. Na deze twee WNT-ronden volgt nog een derde, waarin ook inkomens van werknemers en medewerkers van (semi)publieke instellingen worden gemaximeerd. Deze uitbreiding zou in 2017 ingaan. Maar het is niet duidelijk hoe ‘WNT-3’ eruit komt te zien en wanneer die wordt ingevoerd.